Oké nu is het genoeg besluit ik. “Je gaat naar buiten ook al regent het”. Ik sprak mijzelf vermanend toe.
Waar o waar was het mis gegaan deze dag? Ja, de ochtend was anders verlopen dan dat ik mij had voorgesteld. Toen ik wilde beginnen met mediteren in het kader van zelfzorg ging de deurbel. Daar stond de schilder die mij zou helpen met het openen van het raam dat van de zomer waarschijnlijk dicht was geschilderd. Samen klopten we op het raam. Ik van binnen uit met mijn voeten op de grond. En hij staand op de ladder van buiten uit. Het klusje was in een paar tellen gefikst. Nee, hij hoefde er niets voor. “Dan een kopje koffie?” Hij kreeg een glimlach op zijn gezicht.
Nadat we in grote lijnen de wereldgebeurtenissen hadden doorgenomen, geklaagd hadden dat ik het huis van mijn zus ondanks een bod niet kon verkopen en zijn dochter geen huis kon kopen wegens te hoge prijzen namen we afscheid van elkaar.
Ik had mijn tuinkleren al aan en toen ging de hemel open. Wat een regen kwam er naar beneden. Hé, het zou toch droog blijven.? Maar de weersvoorspelling was blijkbaar niet de baas over het weer zelf. Dus naar de tuin gaan zat er niet in. Er kwam een onbestemd gevoel in mij op. Als ik het zou tekenen zou het een grijze, druilerige wolk zijn.
Gelukkig ebde dat gevoel weg toen ik aan het werk was. Daar ging ik volledig uit mijn comfortzone door te zingen voor een cliënt.
Maar na het werk kwam dat onbestemde gevoel weer terug. En aangezien Ik weet dat beweging helpt om mij te bevrijden uit zo’n bah- gevoel ging ik op pad. Een boodschap doen, goed doorademen, ach het wandelen in de regen paste eigenlijk wel bij mijn stemming. Ongemerkt fleurde ik op. De frisheid van de regen spoelde de grijze stemming weg.
Totdat een fietser op de terugweg voor mij stopte. “Mevrouw mag ik u wat vragen?” Ik wist al wat er aan mij gevraagd ging worden namelijk “heeft u wat geld voor mij?” Ik keek hem onderzoekend aan. Stoppelbaard, hij keek vermoeid terug. In gedachte visualiseerde ik mijn agenda. Was het al weer een maand geleden dat… Als een soort ritueel stelde ik de vragen als: ken je Stem in de Stad, ben bij HVO Querido geweest? Hij was er allemaal mee bekend. Maar er was geen plaats in de opvang voor hem. Ik vloekte inwendig en realiseerde mij hoe weinig ik wist over de dak- en thuislozenproblematiek in Haarlem. Waren hier vaak plekken tekort? Waar bevonden die plekken zich?
Hij vertelde dat hij nog 27,50 tekort kwam om in de Stayokay te slapen. Daar kon hij met een speciaal tarief een week verblijven. Ik baalde dat ik geen cashgeld bij mij had want ik had met hem te doen. Verschrikkelijk om zo’n leven te lijden. Mijn voorstel dat ik geld zou overmaken naar Stayokay bleek niet een goede oplossing. Ach mevrouw, dat accepteren ze niet. Ik nam mij voor daar morgen beslist over te bellen.
Ik maakte een uitstapje naar toen ik 20 jaar was. In die tijd was ik bang als clochard onder een brug te eindigen. Die angst was vooral een gevolg van het ontberen van een plek waar ik mij thuis voelde toen ik Den Haag de rug had toegekeerd en in Leiden ging wonen waar ik niemand kende. Nu herken ik het ontbreken van een thuis gevoel als een verlieservaring. En dat het immens veel energie kost te rouwen om het verlies én stappen zetten om een nieuw leven vorm te geven. En dat juist in dat tussenland pittige existentiële vragen je aandacht opeisen zoals waar ben ik thuis, wie ben ik, waartoe ben ik op aarde? Het is allemaal goed gekomen met mij, godzijdank. Maar een ieder die letterlijk of figuurlijk een thuisgevoel ontbeert kan rekenen op mijn aandacht en mededogen. Aangedaan kwam ik thuis.
Join the conversation